Afbeelding

Jack Hommel en Hans Etiënne volbrachten Noorse monstertocht

Hij heeft op de fiets meer gekke dingen gedaan. Maar de 540 kilometer tussen Trondheim en Oslo in één ruk afleggen, was zelfs voor Jack Hommel iets bijzonders. De 58-jarige sportfietser uit Oud- Vossemeer deed mee aan de Noorse klassieker, samen met zijn vriend en oud-dorpsgenoot Hans Etiënne. Het duo trapte de afstand en ruim 3.500 hoogtemeters weg in minder dan 18 uur. Afzien was er niet bij, op het allerlaatste stukje naar Oslo na. ,,De kilometers vliegen onder je weg.''

Het begon als een grap. Een bierpraatje eigenlijk. Met het vieren van het laatste Oktoberfest in Oud Vossemeer om precies te zijn. Of Hommel wel eens gehoord had van De Grote Krachtproef, zoals de cyclosportieve rit tijdens de midzomernacht bekend staat. Ja, natuurlijk kende hij die beroemde tocht. Van horen zeggen natuurlijk. Maar of hij mee wilde doen? Van het een kwam het ander. Het stoere mannenpraatje had gevolgen. Hommel had ja gezegd, net als Etiënne. Lachend: ,,We konden niet meer terug. Er waren getuigen bij.''

Fenomeen

Vijf dagen duurde het uitstapje naar Noorwegen, met ter plekke eerst nog een trainingstochtje voordat De Grote Krachtproef werkelijk zou beginnen. Het evenement werd voor het eerst in 1967 georganiseerd en is mettertijd uitgegroeid tot een fenomeen. ,,Je kunt het vergelijken met onze Elfstedentocht.'' De eerste deelnemers vertrokken al op de midzomeravond van 21 juni. Hommel en Etiënne trokken zich op zaterdagochtend in gang, in alle vroegte, om vijf uur. ,,Van zeeniveau, naar een hoogte van pakweg 1000 meter, voortdurend op en af.''

Hoogvlakte

Na circa 100 kilometer wordt een hoogvlakte bereikt, waarbij de wind een factor van betekenis is. Het weer zat niet tegen, in het toendra-achtige landschap. ,,De eerste drie uur reden we in de regen, daarna werd het droog. Op de hoogvlakte was het een graadje of acht, negen. In de lagere gedeelten liep de temperatuur op naar zo'n 14 graden.'' Onderweg bleek dat ze de juiste kledingkeuze hadden gemaakt. ,,Beenstukken en een goed ademend regenjack.'' De eerste 200 kilometer waren een peulenschilletje. ,,We zaten steeds in goede groepjes.'' Voorbij Dombås stond de wind ook meer in het voordeel van de deelnemers. ,,Schuin opzij en achter. Langzaamaan begint ook het dalen, richting Oslo. De kilometers vliegen onder je weg.''

Lees verder in de Eendrachtbode van 1 augustus. 

Afbeelding