Dweilband De Lamsôôren aan vooravond 22-jarig bestaan

Het komende carnaval in Oud-Vossemeer wordt, gezien het motto, een feestje voor fijnproevers. Het protocol van woaidaehenverêênehing De Vlôôientrappers ging op pad voor dat motto. Zaterdagavond, bij de ellluf-ellufviering, onthulde prins Arjoan d'n Tweeden in een vol café De Hoop de uitkomst: ,,M'n è de smaek te pakken.''

De zoektocht van de prins, vergezeld door nar Kobus, boer Neuze en pliessie Witte, bracht hen in de keuken bij de koks Paul van Tatenhove en Thedo de Reus. Dat was te zien in een hilarisch filmpje dat in het café werd getoond, aangekondigd door voorzitter Piet 'Puute' Potappel van de Vlôôientrappers. Het scenario was een zoektocht naar 'verse ingrediënten' voor het bereiden van culinaire hoogstandjes. Vervolgens verscheen het viertal in levende lijve op het podium. Daar stond een gedekte tafel klaar. Toen het deksel van de schaal ging, kwamen de gerechten voor de dag: wosteballen en kopast!

Naast het culinaire zit er aan het motto een tweede aspect. Want na 23 woaidaehen hebben de Vossemeerse carnavalsvierders – de vlooien, luusjes en stramme vlooien – de smaak volop te pakken. Bij de eerste viering, in 1993, was de vereniging nog voorzichtig, getuige het motto: Me kieke dit jaer jist de kat uut de boam.

Zaterdagavond stond ook het gebruikelijk praetje op 't biljart op het programma, van boer Neuze. Maar eerst was het podium voor dweilband De Lamsôôren. De oudste dweilband in het dorp viert volgend jaar het 22-jarig bestaan. Het orkest begon met het nieuwe mottolied, waarvan de tekst onder het aanwezige publiek was uitgedeeld. Die tekst is, net als alle voorgaande keren, geschreven door Bas Quist. Voor het eerst is ook de muziek van eigen makelij, vertelde prins Arjoan, en daarvoor tekende de dirigent Walter Siol.